Hof ‘s-Hertogenbosch oordeelt dat de gemeente ten onrechte een grafrecht van € 1380 heeft geheven voor de begraving van de vader van X in het dubbelgraf waar de moeder van X al lag begraven. In 2008 komt de moeder van belanghebbende, X, te overlijden. De heffingsambtenaar van de gemeente legt aan de vader een aanslag grafrechten op in verband met het doen begraven van de moeder op de gemeentelijke begraafplaats. In 2015 komt de vader te overlijden en wordt hij begraven in hetzelfde (dubbel)graf. De heffingsambtenaar legt opnieuw een nota grafrechten op voor het doen begraven van de vader (€ 539) vermeerderd met een aanvullende heffing in verband met een verlenging van het grafrecht voor de moeder (€ 483) en het verlenen van een uitsluitend recht op een graf voor de vader van 20 jaar (€ 1380). Hof ‘s-Hertogenbosch oordeelt dat de gemeente ten onrechte een grafrecht van € 1380 heeft geheven voor de begraving van de vader van X in het dubbelgraf waar de moeder van X al lag begraven. De begraving van de vader in het dubbelgraf leidt niet (nogmaals) tot heffing van enig bedrag aan grafrecht, aangezien de heffing van grafrecht aanknoopt bij het verwerven van het recht tot het doen begraven en begraven houden van één of meerdere lijken in een graf. Omdat bij de begraving van de moeder in 2008 al het recht op een dubbelgraf is verworven, leidt de begraving van de vader in hetzelfde graf niet (opnieuw) tot verschuldigdheid van het grafrecht. Het hof vermindert de aanslag met een bedrag van € 1380. [Bron Uitspraak] Wetsartikelen: Gemeentewet 229-1-b